Schenk
Mevrouw Schenk schrijft: 'Mijn man, Reint Schenk, is geboren Amsterdammer. Zijn liefde voor het lijstenvak heeft hij al met zijn geboorte meegekregen, daar zijn grootvader een lijstenmakerij had en meer familieleden in het vak zaten in Amsterdam.
Na de oorlog in 1948 vond hij zijn eigen stekkie in de Parkstraat 21 in Velp. (vroeger een kruidenier met melkhandel), waar we samen de eerste zeven jaren volmaakten. Onderwijl keken we uit naar meer ruimte, een groter pand. Dat vonden we in de Jan Luykenlaan, waar we achter het huis een grote werkplaats lieten bouwen. Nu (2012) woon ik hier nog steeds, al 57 jaar. In 2001 overleed mijn man plotseling na een val. Hij was toen al 10 jaar nierpatiënt. Terug kijkend: ben ik dankbaar voor al het goede, wat we samen mochten hebben.'
De heer (Reint) Schenk, geboren in 1923, en mevrouw M.W. (Mien) Schenk Wijlhuizen geboren in 1921, kochten het toen pas nieuw gebouwde huis van de 'oude' meneer Holtjer. De drieslag, waar hun huis er één van was, werd gebouwd door de firma Holtjer. Mevrouw Schenk is in Velp geboren en getogen. Achter het huis bevond zich een grote werkplaats waar de lijstenmakerij was gevestigd. Hier stond veel hout en glas. Je kon er ook schilderijen kopen. In de opbouwperiode van het bedrijf verkocht de heer Schenk de lijsten op de markt. Hij ging veel naar religieuze plaatsen in het zuiden van het land, zoals Venlo, 's Hertogenbos en Nijmegen. Omdat hij voor inkoop van zijn bedrijf geld nodig had vroeg hij zijn vrouw of ze met zes gulden in de week rond kon komen.
Overdag was meneer Schenk vaak weg, daarom hielp zijn vrouw hem 's avonds mee met het kappen. Kappen is het op maat maken van latten hout. Deze moesten goed vast gehouden worden, anders krijg je geen mooie haakse hoek. Pas later werd er een kapmachine gekocht, dit was een grote vooruitgang.
Meneer Schenk was een harde werker en bovendien een aardige werkgever. Hij had drie medewerkers in dienst, meneer Vlietman, meneer Kerkhof en meneer Jansen. Ieder had zijn taak. Op de foto achtereenvolgens: meneer Vlietman, meneer Schenk en meneer Kerkhof.
Een wijkbewoonster herinnert zich: 'Ik kwam een keer voor een lijstje en toen lagen er allemaal schilderijtjes van de jongen met de traan, in die tijd heel populair. Meneer Schenk verzorgde de omlijsting. Ze zouden op de markt verkocht worden. Het waren er heel veel. Ik denk dat het in de jaren zeventig was.'
De zaak liep goed, ze hadden veel klanten. De lijsten werden verkocht aan particulieren, grossiers en later ook aan de groothandel HEMA. Dit ging met duizenden tegelijk.
Meneer Schenk links op de foto is druk aan het werk in zijn werkplaats. Meneer Cohen (in het midden op de foto), vertegenwoordiger en huisvriend, en meneer Gijs van der Meyden, een broer van de gebroeders van der Meyden van de groentewinkel (rechts op de foto), kwamen ook veel over de vloer. 'Vooral op vrijdag was het erg gezellig, het leek het wel 'een oude mannen club', vertelde mevrouw Schenk.
Ook zij had haar taak binnen het bedrijf, mevrouw Schenk maakte altijd de facturen en zette altijd de borduurwerken in de lijst. Dit was een precies werkje, scheef was uit den boze, het moest 'precies op draad'. Waarschijnlijk is de lijstenmakerij rond 1990 opgeheven.
Ondanks het drukke leven, zong meneer Schenk in het kerkkoor van de Hervormde Kerk. Vlak voordat hij stierf werd juist zijn 55 jarig lidmaatschap gevierd. Mevrouw Schenk borduurde graag en ze houdt veel van dieren. Velen in de wijk kennen haar als 'de vrouw met het witte hondje'. Ze was dol op Tessie.