Bebouwing van het landgoed
Uit het kadastrale archief van eigendom (dj 1885) blijkt dat de percelen bouwland D4010 en 4011 zijn herverdeeld in D4731 van 3,5 are met een huis en erf, in D4732 van 0,66 are met een huis, en in D4733 van 232,44 are als terrein van vermaek. De villa en het tuinmanshuis zijn dus omstreeks 1885 gebouwd.*
In het archief van het Gemeentebestuur van Rheden 1818-1949 zijn aanvragen voor bouwvergunningen opgenomen van 1885-1917 [GA blok 2503 inv.2140] . Hierbij is geen vergunning te vinden voor de villa Rozenhagen. Er is wel een andere aanvrage te vinden [nr133], n.l. op 6 februari 1890 vraagt de heer J.J. Duijvené de Wit, wonende op den huize “Rozenhagen”, een koetshuis met paardenstal te mogen bouwen op zijn terrein aan de Larensteinsche Laan te Velp. De aanvrage wordt toegestaan “zodat er een einde komt aan de vuile rommel die daar telkens wordt waargenomen”. Het huis wordt op een ophoging gebouwd met riant uitzicht op de tuin en vergezicht over de spoorbaan naar de landgoederen van Larenstein. De tuin met daarin een sprengenvijver wordt aangelegd in de Engelse landschapsstijl met wandelpaden rond de vijver en door de hele tuin.
Dat het om een groot landhuis en parktuin gaat, blijkt uit de tekst van een advertentie in de Velpsche Courant van 26 mei 1905.“ ....verkoop van de aanzienlijke villa "Rozenhagen", gelegen op het aangenaamste punt van Velp aan de Straatweg naar Arnhem, met tuinmanswoning, moestuin en smaakvol aangelegde tuin waarin fraaie vijver, vele opgaande en andere bomen en heestersgewassen ter gezamenlijk grootte van 2 hectare en 37 are. Het huis met veranda en balcons, dubbel openslaande ramen, gas-en waterleiding. Op alle etages schone vergezichten. Ruim sous-terrein waarin keukens en kelder, knechts- en mangelkamers. Eerste etage: brede marmeren vestibule, vier kamers gedeeltelijk met geschilderde plafonds, grote zaal en dessertkamer. Tweede etage: zeven zit- en slaapkamers en badkamer. Derde etage: vijf slaapkamers en grote biljartzaal. Voorts ruime beschoten zolder."
Van een verkoop van het landgoed is niets gebleken.
Landgoed tot 1934
Uit het kadastrale archief van eigendom blijkt dat in 1897 het landgoed in eigendom is overgegaan naar Cornelia Adriana Heineken (geboren in 1840 in ‘s-Gravenhage en overleden in Velp op 1 maart 1923), zuster van Anna Geertruida Cornelia Heineken. In 1904 wordt het landgoed geschonken aan Willem Jan, Marie en Jacobus Johannes (jr) Duijvené de Wit, zijnde de kinderen van Jacobus Johannes Sr. uit zijn eerste huwelijk. In 1907 komt het in eigendom van Jacobus Johannes (jr) Duijvené de Wit, directeur der Utrechtsche Beetwortelsuikerfabriek.
Jacobus Johannes (Sr) overlijdt op 16 december 1911 in Velp op de leeftijd van 75 jaar. Zijn echtgenote Anna Geertruida Cornelia was al eerder op 21 april 1903 in Velp overleden, 57 jaar oud. Zij zijn beiden begraven in het familiegraf in Rozendaal. Op het grafmonument staat de tekst:
"Een kruis met rozen,
Is 't menschenlot,
Is 't rijke leven,
Uw gave, O God!"
Zoon Jacobus Johannes (Jr) Duijvené de Wit wordt op 28 september 1870 in Beemster geboren. Hij trouwt op 16 juli 1902 in Rheden met Gijsberta Wilhelmina Boot, die in de Villa Bertha woonde aan de Larensteinschelaan**. Het echtpaar vertrekt naar Utrecht. Op 28 september 1908 komt de familie Duijvené de Wit – Boot met drie kinderen vanuit Utrecht naar Rozenhagen in Velp, waar nog drie kinderen geboren worden, waaronder Jacobus Johannes in 1909 (de derde generatie).
In het archief van het Gemeente Bestuur van Rheden is een aanvraag voor een bouwvergunning te vinden van de heer J.J. Duijvené de Wit Jr. voor het bouwen van een schuur in de tuin van den Buitenplaats Rozenhagen te Velp, dienstig voor bergplaats en kippenhokken. Op 25 februari 1909 bericht de gemeenteopzichter dat er hiertegen geen bezwaar bestaat mits het schuurtje met onbrandbare stoffen wordt gedekt en er niet in wordt gestookt. [GA 2503 / 2166-274]
J.J.Duijvené de Wit, Huize Rozenhagen, is lid van de Nederlandsche Mycologische Vereeniging (1918).
Omstreeks 1910 wordt zijn suikerfabriek in Utrecht gesloten.
Tijdens de eerste wereldoorlog worden in villa Rozenhagen Belgische vluchtelingen opgevangen.
Uit het familiealbum blijkt dat ook veel familieleden en vrienden er gastrvrij werden ontvangen. Zo staat erin vermeld: "Familiehotel Rozenhagen Velp, Het gehele jaar geopend, Pension 1e rang, Gerenommeerde keuken en prompte bediening" . Ook zij kunnen genieten van het zwembad bij de vijver en de tennisbaan in de tuin.
De heer Evert Jan Muis (geboren in 1925) vertelde dat zijn moeder Gerda Esseling voor haar huwelijk met Willem Muis, tussen 1910 en 1920 kindermeisje was bij de familie Duijvené de Wit – Boot op Rozenhagen. Willem Muis heeft in die tijd uren voor de villa gestaan om zijn geliefde te ontmoeten.
Evert Jan Muis herinnert zich ook dat zijn moeder met veel respect en genoegen praatte over mevrouw Dijvené de Wit, die zeer op haar gesteld was. Zij stimuleerde haar om een typecursus te volgen. En ze gaf haar steun om belijdenis te doen.
Zijn moeder leerde fietsen in de (grote) kelder van het huis, op een fiets met een groot voorwiel en klein achterwiel.
De naam van Carolien Smeerdijk werd genoemd als naaister. Ook was er een kok. Er was een goede verstandhouding tussen het personeel onderling en met mevrouw.
Zus Mirjam van Evert Muis memoreerde dat er ook een Belgische gouvernante bij de familie was, die de oudste kinderen Frans leerde spreken, en die het eten van kikkerbilletjes adviseerde van de kikkers uit de vijver.
Het zilveren huwelijksfeest van het echtpaar Duijvené de Wit - Boot in 1927 wordt groots gevierd. Op de foto het echtpaar in het midden.
Rond de twintiger jaren wordt de situatie voor de familie slechter en komen er andere families in het huis bij inwonen, zoals uit familieadvertenties in de kranten blijkt. Op 20 juni 1925 de geboorte van een dochter van Hr. en mevr. Lee – Scheltema op “Rozenhagen” in Velp. Op 31 mei 1928, Velp “Rozenhagen” Arnh.Straatweg 31 / Eindhoven Vestdijk 25 : Verloofd Mr.Sa.Ma.de Bruijn en N.G.J.Huigen.
In 1928 komt Barones thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg op Rozenhagen inwonen.
Op 20 augustus 1928 vertrekt Jacobus Johannes (jr) naar Ermelo, en overlijdt op latere leeftijd in Nijmegen op 22 mei 1935. Zijn echtgenote Gijsberta Wilhelmina Boot is een jaar eerder overleden op 21 juli 1934 in Velp. Zij zijn ook begraven in het familiegraf in Rozendaal.
* In het boek van H.Kerkkamp, “Verloren luister; verdwenen landgoederen” staat in het stuk over “Rozenhagen” dat met de bouw van het huis in de strenge winter van 1890 een aanvang is gemaakt. Hier is vermoedelijk een vergissing gemaakt met de bouwaanvrage uit 1890 voor een koetshuis met paardenstal. Overigens wordt het jaartal 1890 voor de bouw van de villa in allerlei volgende publicaties overgenomen!
** Deze villa is later bekend geworden als Museum Velp en afgebrand in de oorlog.