Het grote landhuis aan de Rozendaalselaan op nummer 61 is in 1914/15 onder de naam 'Arva' gebouwd in opdracht van Cornelis Hendrik Boudewijn Alsche (1869-1935). Hij was rijk geworden met zijn Handelskwekerij 'Nymphaea' aan de Rozendaalselaan in Velp.
De naam 'Arva' (akkers) is een verwijzing naar de kwekerij. Later, gedurende de tijd dat het een rooms-katholiek pension/rusthuis was (1938-1998), droeg het de naam Sint-Jozef.
In 1998 is het huis gekocht door familie Wijnand van der Sande en is de naam 'Arva' teruggekeerd. Het indrukwekkende pand is een rijksmonument.
Sint Jozef
Landhuis 'Arva' werd in 1938 ingericht als pension-rusthuis voor de Zusters Franciscanessen van de Heilige Familie. Bij deze verbouwing werd vooral het interieur gewijzigd: het aanzicht van het huis is sinds 1915 nauwelijks veranderd. Wel verrezen er een kolenbergplaats en een hek rondom het pand en het erachter gelegen bosperceel. Op dit perceel stonden prachtige oude eiken. Het huis kreeg een nieuwe naam: 'Sint-Jozef'. De naam stond op de boog bij de ingang. De officiele opening vond plaats op 21 juni 1938. In het adresboek der gemeenten Rheden en Rozendaal van 1950 staat: 'Pension-Rusthuis Sint Joseph Zusters Franciscanessen'.
![]() |
![]() |
Behalve het verzorgen van de pensiongasten behoorde ook de wijkverpleging tot de taak van de Zusters. De R.K. wijk-en kraamverpleging St. Vincentius werd door pastoor V. Weenink opgericht onder leiding van zusters Franciscanessen (ong. 1925). Ze waren aangesloten bij het Wit-Gele Kruis.
In 1938 is er een plan ingediend voor het bouwen van een wijkhuisje aan een bestaande garage. (Gelders Archief 2508/156-147) Het wijkhuisje diende voor zieken- gezondheidszorg, waaronder zuigelingenzorg en de uitleen van materialen. Later verhuisde het naar de Kerkstraat.
Bewoners
Eén van de eerste bewoners van St. Jozef waren de zusters van de orde der Franciscanen van de Heilige familie. Hun grondhouding was dienstbaarheid. Die uitte zich in het leiden en onderhouden van het pension-rusthuis. In een advertentie in De Tijd van 11 okt. 1940 prezen zij hun werk als volgt aan: "Pension-rusth. ST. Jozef / Velp bij Arnhem / Rosendaalschelaan 61 Telefoon 3111 / Te midden van prachtige natuurschoon is ons modern en comfortabel ingericht huis gelegen. Kapel aanwezig. Uitstek. verbind. m Arnhem Inl. gaarne gratis bij Eerw. Zuster Overste der Zrs. Franciscanessen v.d. H. Familie."
Eén van de eerste zusters: Zuster Joanna Nijssen (kloosternaam Blanca), geb. 1 mei 1869, gestorven 31 aug. 1931. En Julia Lobbers, Johanna Oerlemans respectievelijk 3-9-1931, 30-11-1944 en 27-12-1958 begraven op de begraafplaats aan de Bergweg.
Cato Lommen-Sauveur, was een van de eerste bewoners, zij woonde tot haar dood op 22 aug. 1956 (bijna 86 jaar) in St. Jozef.
Zuster Stefanie Dorothea Alyda Maria Terwindt kwam uit een bekend steenbakkersgeslacht. Op 97 jarige leeftijd stierf ze in St. Jozef en werd begraven in het familiegraf aan de Bergweg.
De laatste kloosterbewoonsters
Wijkbewoonster Toiny Haffmans bracht mij in contact met Zuster Rosari Smorenburg. Alle foto's, het boekje 'Laatste Eucharistie' (waaruit een uitgebreid citaat volgt) en haar persoonlijke herinneringen heeft zij aan mij ter beschikking gesteld. Zij was de jongste van de laatste kloosterbewoonsters. Toen Zr. Antoinette Steeghs, Zr. Amantia Sanders, Zr. Liesbeth Hensen, en Zr. Leodata Rambags zich aansloten bij de ouderengemeenschap van hun eigen Congregatie, koos Zr. Smorenburg ervoor om in de buurt te blijven wonen, zo kon ze nog actief blijven in de parochie van de Rooms-Katholieke Kerk in de Emmastraat. Van links naar rechts op de foto: Zr. Amantia, Zr. Elisabeth, Zr. Rosari, Zr. Antoinette (leidster) en Zr. Leodata. De foto is gemaakt in 1998 in de serre van ‘St. Jozef’.
Kroniek van St. Jozef
In het boekje: ’18 april 1998 Laatste Eucharistie ten afscheid van zestig jaar ‘Huize Sint Jozef’ Rozendaalselaan 61, Velp 1938-1998’ stond een beknopte kroniek van ‘Huize Sint Jozef’:
‘Ons werk begon op 2 juli 1930 in Velp, Nieuwstraat 3 met, naast de overste, drie zusters voor de verpleging van zieken aan huis. Later groeide dit uit tot een communiteit van tien zusters. In april 1938 werd ‘Huize Sint Jozef’ gekocht aan de Rozendaalselaan 61. De opening van het huis vond plaats op 21 Juni 1938, toen in de kapel de eerste Eucharistie gevierd werd. Nog datzelfde jaar kwamen de eerste pensiongasten, negen in getal, die de zusters hebben afgebeden door middel van Sint Jozef Zorg. Einde 1939 was mgr de Jong in de parochie in Velp om aan de jongeren het Vormsel toe te dienen. Bij deze gelegenheid kwam de bisschop samen met pastoor Schaars ons huis bezichtigen. Bij binnenkomst in de hal merkte hij op: ‘Maar dit is niet franciscaans!’ Waarop Pastoor Schaars zei: We zullen eerst even naar boven gaan waar de zusters wonen. Toen stond de bisschop perplex, vertelt de kroniek, bij het zien van de witgeschuurde tafels en de zeer sobere leefruimte. Werk was er voor de zusters in overvloed door de wijkverpleging en de particuliere verzorging van hun pensiongasten. Zo was er grote bedrijvigheid en heel veel activiteit tot welzijn van velen in huis en daarbuiten. Vanaf 1947 moest de particuliere verpleging afgebouwd worden. Vanuit de congregatie konden steeds minder zusters ingezet worden. Het aantal zusters wisselde tussen negen en twaalf. Op 31 december 1954 bestond de bezetting van het huis uit negen pensiongasten, zes zusters en twee personeelsleden. De wijkverpleging ging echter gewoon door. Het wijkgebouwtje heeft haar dienst wel bewezen. In oorlogstijd is het huis bewoond geweest door Duitse militairen. Dat was een moeilijke tijd voor iedereen, die het moest meemaken. Na vijf jaar wijkzuster geweest te zijn droeg Zr Amantia in 1956 haar taak over aan een lekenverpleegkundige. Met haar verdwenen de zusters definitief uit de wijk. Hoewel de overschakeling van religieuzen naar leken een vanzelfsprekende ontwikkeling was, betreurde het bestuur van het Wit-Gele Kruis heel erg het vertrek van de actieve en bekwame wijkzuster Amantia. Ook voor pastoor Schaars brak de tijd aan om afscheid te nemen als onze geestelijke begeleider. Hij heeft bijzonder
veel voor de zusters betekend. Hij werd opgevolgd door Pastoor Janssen. Vanaf begin maart 1976 werden vrijkomende kamers van overleden pensiongasten ter beschikking gesteld en in gebruik gegeven aan onze eigen steeds ouder wordende zusters. In 1977 waren er twaalf zusters en nog maar drie pensiongasten. In 1981 overleed de laatste pensiongast. Dat was de afsluiting van een periode van deze dienstverlening. Voor de zusters brak nu de tijd aan om op rust te gaan. Van lieverlede door ouderdom-ziekte-handicap of overlijden werd de communiteit van ‘Huize St. Jozef’ ook steeds kleiner. Aanvulling kwam er niet meer. Toch trokken we ons niet helemaal terug in een zalig nietsdoen. Waar we konden bleven we beschikbaar voor alle goede werk. Vooral bleven we ons verbonden voelen met de parochie en leefden daar niet langsheen. Door lidmaatschap van koor, lectoren, en ziekencommunie en bezoek hebben we ons naar best vermogen ingezet. En zuster Rosari zal dit blijven voortzetten in de toekomst. En nu, 1998, verdwijnt Huize Sint Jozef definitief als klooster. Ons kleine groepje van vijf zusters moest de sluitingsperiode doorstaan. We hebben aan den lijve ondervonden dat zoiets niet rustgevend en niet gezond is naar lichaam en geest. Maar wij gingen en gaan de weg, die ons te gaan gegeven werd! Geweldige steun hebben de zusters van huize St. Jozef al die jaren, vanaf 1952 ondervonden van onze goede Paters MSC van de Sterrenberg’.
De foto toont de keuken. Thea de Wildt uit Giesbeek is druk aan het koken.
Zuster Rosari
Zuster Rosari Smorenburg is geboren op 6 mei 1935. Op de pasfoto’s ziet u Zuster Rosari in verschillende jaren. Op de eerste foto genomen in 1954 is Rosari te zien met ronde kap in haar begin jaren als non. De tweede foto met klein kapje is gemaakt in 1962 en de derde foto in 1973. Zuster Rosari heeft de laatste 21 jaar tot aan 1998, de sluiting van het huis als klooster, in St. Jozef gewoond en gewerkt. Zuster Rosari was de eerste jaren gekleed in een habijt. Dit is de dagelijkse kleding, de kleding bestaand uit onder andere een lang gewaad en een kap. De kleur was zwart/ wit met een bruin scapulier (schouderkleed), met daar een geel monogram op geborduurd. Dit is het symbool van de Zusters Franciscanessen van de Heilige Familie. Het symbool is te zien op de foto van Rosari met haar moeder zittend op de stoel.
Uit: Memoriaal van de Kerk Emmastraat 2004: 'Zondag 11 januari willen we als parochie stilstaan bij het feit dat Zr. Rosari 50 jaar geleden in het klooster trad. Zuster Rosari is een van onze vrijwilligers die u zelden ziet (alhoewel, ze zingt ook mee in het dameskoor!). Als kerkgemeenschap kunnen we echter nauwelijks buiten Zr. Rosari. Zo is ze verantwoordelijk voor allerlei koster-werkzaamheden in de kerk. Van de was tot koper poetsen, van de zorg voor kaarsen tot het ophangen van de kruisjes in de doopkapel... Zr. Rosari zorgt ervoor dat de kerk weer in orde is voor de eredienst. Zelf wil ze in al haar bescheidenheid er geen aandacht aan besteden, maar als beheerscommissie vinden we dat een goede gelegenheid is om haar even in het zonnetje te zetten'.
In oktober van het zelfde jaar heeft ze haar werkzaamheden voor de parochie neergelegd.
![]() |
![]() |
![]() |
Kapelletje
In huize Sint Jozef is indertijd een klein intiem kapelletje gebouwd; daar werd drie maal per dag samen gebeden. Ook werd het gebruikt voor het gezamenlijke koor-gebed, de stiltes en goede vieringen. Er was elke dag Eucharistie. De Zusters waren ook lid van de parochie van O.L. Vrouw Visatie, de kerk in de Emmastraat. Op de foto Pater Jansen, missionaris van het Heilig Hart, MSC. De man in het wit gekleed is een jonge geestelijke uit Brazilië, die op kosten van de Zusters voor priester mocht studeren. Hij kwam op dat moment uit Brazilië om te bedanken voor de geboden kans. Rechts op de foto is het beeld van Sint Jozef te zien.
Uit de briefwisselingen met Zuster Rosari
Zuster Rosari laat weten: ‘Met de rug naar St. Jozef staand, ziet u schuin tegenover de Rozendaalselaan in de Parkstraat, een klein huisje. Er is aan de linkerkant een stuk aangebouwd: daar woonde vroeger de koetsier met zijn gezin. Het huisje dat in het bos, achter St. Jozef staat was het wijkgebouw, waar ze met de kinderen kwamen. Ook konden de mensen er materiaal halen zoals bed, zeil, po, etc. De namen van de zusters uit de wijk die ik ken, waren: Zr. Eutichia, Zr. Josefa en Zr. Amantia.'
En op 28 januari 2010 schrijft Zr. Rosari: ‘Goede Mevrouw, Heb geprobeerd alles zo goed mogelijk uit te zoeken. Dat er in de oorlog ook nog Duitsers van het huis gebruik hebben gemaakt*. Daarvan hebben ze veel werk ondervonden om het weer leefbaar te maken. Als u voor het huis staat kunt U nog de kogelgaten zien. Mevrouw misschien is alles nu weer een beetje duidelijker. Zal er nog een foto bijdoen, hoe onze kleding er vroeger uitzag. Vriendelijke groet, Zr. Rosari.' Achter op de foto schrijft Zr. Rosari: ‘Deze foto is van 1963. Na 9 jaar voor het eerst naar huis. Op de stoel mijn Moeder’.
*Op 11 april roept de Ortskommandant van Velp, Muller, alle mannen van 17-55 jaar zich te melden aan St. Jozef op de Rozendaalschelaan.
Vanuit de katholieke Onze Lieve Vrouw Visitatiekerk konden jongens misdienaar worden bij kerkdiensten. Je moest hiervoor wel flink oefenen. Eén van de misdienaren van Bisschop Staalschool was Berrie Ruijling. Het assisteren was een welkome afwisseling van de soms saaie schooldag. Zijn favoriete locatie om te dienen was de kapel van Huize St. Jozef. De priesterassistenten kregen een rooster met allerlei soorten diensten, vooral de missen met Kerst, Pasen en Goede Vrijdag waren gewild. Ook de missen bij de zusters van Sint Jozef waren door hun aardige persoonlijke aandacht favoriet. "Ze stopten je heel lief twee beschuitjes met wat boter en een kopje thee toe. Je moest namelijk nuchter zijn en je had het lef niet om van tevoren iets te eten", aldus Berrie in het boek van Renie Hesseling, Babyboomers, Hun roomse vorming, casestudy Velp (1945-1970).
Anekdote
Jolanda Meeuwissen van bakkerij Meeuwissen aan de Enkweg vertelde dat de nonnetjes natuurlijk ‘van het eigen houtje’ kochten. Dit betekende dat ze bij Rooms Katholiek gezinde bedrijven kochten. Op het laatst kochten ze ook wel bij bakkerij Meeuwissen. Ze vroegen dan altijd om ‘Maria’ biscuit. Ze wilden geen ‘San Francisco’ biscuit.